top of page
Zoeken

Open brief aan Shula Rijxman (NPO)

Beste Shula Rijxman,

Als hoogste baas van de publieke omroep heb je in De Volkskrant (14 november 2016) beloofd te zullen doen wat ik al een jaar of 10 bepleit: je gaat met ons, kijkers en luisteraars in gesprek over de vraag wat we van de NPO verwachten. De NPO moet pluriformer worden, vind je. De overwinning van Donald Trump heeft je tot dit inzicht gebracht. Dat opiniepeilers en media zo de plank missloegen geeft je te denken: ze hebben het contact met het gewone volk verloren en je vreest dat het ook in Nederland geldt.

Compliment

Mijn complimenten voor je snelle reactie. Ik heb hoge verwachtingen van je initiatief en zie je uitnodiging met belangstelling tegemoet. Ik vond het al wat vreemd, dat ik de afgelopen tien jaar nooit eens ben uitgenodigd in een discussieclubje van de omroep. Ik heb er tenslotte een jaar of dertig gewerkt, waarvan 12 jaar in een leidinggevende positie bij een bedrijf dat in mijn tijd jarenlang tot de top 3 van best presterende omroepen hoorde. Ook journalistiek gezien ben ik geen onbeschreven blad: radio gedaan,  verslaggever, presentator en eindredacteur van BRANDPUNT. Een rijk arsenaal aan ervaringen, die ik best wil delen.

Betrokken

Al ben ik andere dingen gaan doen: mijn betrokkenheid bij de omroep is altijd gebleven. Sterker: aan de mensen in mijn netwerk vraag ik wel eens hoe ze tegen de publieke omroep aankijken. Dan komen er interessante visies naar boven over wat de publieke omroep wel of niet zou moeten uitzenden. Ik heb namens mijn netwerk die inzichten proberen delen met omroepbestuurders, maar daarover werd in de marmergroeve meestal meesmuilend gedaan.

Omdat ik er rekening mee houd, dat ik nu wel uitgenodigd word om mee te praten, hier alvast ter oriëntatie mijn agenda voor dat gesprek. Het is misschien wat veel, maar hoeft wat mij betreft ook niet allemaal in één jaar te worden gerealiseerd.

  1. Gewone mensen nemen steeds meer afstand van de bestuurderselite, omdat ze vinden dat hun belangen niet goed behartigd worden.

  2. Hun mening wordt in onvoldoende mate gerespecteerd. Het politieke standaardzinnetje: “We moeten ons beleid beter uitleggen”, maakt mensen woest.

  3. Ze hebben het heus wel begrepen, maar ze willen het anders

  4. De NPO maakt als abstract instituut deel uit van die elite: ik hoop dat de omroep zich dat in voldoende mate realiseert.

  5. Instituten als de NPO zijn dus deel van het probleem.

  6. Daarom: Voer het gesprek niet alleen met het vertrouwde wereldje van mediamensen, maar vooral met filosofen, pedagogen en maatschappijbeschouwers die vanuit een ander perspectief naar de omroep en de samenleving kijken.

  7. Als je steeds met dezelfde mensen praat, krijg je ook steeds dezelfde visies.

  8. Neem dit als uitgangspunt: als de publieke omroep nog niet zou bestaan en nu uitgevonden zou worden, hoe zou hij er dan uitzien?

  9. Verlaat het adagium dat de publieke omroep er voor iedereen moet zijn. Als je iedereen wil contenteren moet je soms diep door de knieën.

  10. Als je van iedereen bent, ben je eigenlijk van niemand.

  11. De publieke omroep is er niet voor iedereen, maar wel voor iedereen die zich wil ontwikkelen. Het betekent dat de NPO een aantal programmasoorten kan overslaan.

  12. De publieke omroep zegt te willen “verbinden”, maar doet regelmatig het tegenovergestelde door podium te bieden aan mensen die de samenleving besprenkelen met het gif van de polarisatie. Ze moeten wel gehoord worden, maar zo af en toe is voldoende.

  13. Die gifspuiers hoeven geen prominente plek te hebben in de adresboekjes van de praatprogramma’s.

  14. Het hebben van een grote mond is wat mij betreft niet voldoende om serieus genomen te worden.

  15. De publieke omroep is dol op “debat”. Debat veronderstelt het vermogen om te kunnen argumenteren en te luisteren. Het vraagt kennis van zaken en de bereidheid om van inzicht te veranderen.

  16. Debatten in de gezichtsbepalende programma’s van de publieke omroep lijken vaak op wedstrijdjes ver-plassen. Ze dragen niet bij aan de oplossing.

  17. Leg een zwaarder accent op het verspreiden van kennis, inzichten, ideeën, originele oplossingen.

  18. Zorg voor de beschikbaarheid van ter zake deskundige presentatoren die tegenwicht kunnen bieden en de zin van onzin kunnen onderscheiden.

  19. Laat je bovengenoemd principe los op de aankomende verkiezingen, dan zullen de verkiezingsprogramma’s er heel anders gaan uitzien.

  20. Dan zijn het geen chaotische wedstrijden one-linertjes spuien of mekaar vliegen afvangen.

  21. Dan worden het diepgravende, serieuze gesprekken onder leiding van kritische presentatoren, wier rol verder gaat dan het spelen van verkeersleider.

  22. Houd de politieke leiders zorgvuldig van elkaar gescheiden.

  23. Breng je ze bij elkaar, dan haalt dit het slechtste in ze naar boven. Dan wachten ze slechts tot het moment, dat ze in het debat de spitsvondigheden kunnen spuien die door hun spindoctors zijn bedacht. Daar hebben we als samenleving niets aan.

  24. Doe er niet meer aan mee! Ontneem de bestuurderselite zo de door henzelf bedachte wapens.

  25. Ga je het anders doen, dan levert dat misschien geen spectaculaire televisie op, mogelijk gaat het zelfs ten koste van de kijkdichtheid, maar het helpt me wèl om mijn keuzes te maken en mijn burgerplicht bij de verkiezingen zo goed mogelijk te vervullen.

  26. Het zou ook zomaar kunnen, dat er juist méér mensen gaan kijken en luisteren.

  27. Hoe het ook zij: door te kiezen laat de publieke omroep smoel zien.

  28. Geef prioriteit aan herstel van pluriformiteit.

  29. De publieke omroep is minder divers dan hij zou moeten zijn.

  30. In de beeldbepalende opinieprogramma’s is de neoliberale opvatting dominant.

  31. Ik denk dat veel presentatoren zich dit niet eens realiseren.

  32. Afwijkende geluiden worden met moeite geduld en te vaak in een lacherige context besproken.

  33. De publieke omroep houdt meer van “realisten” dan van idealisten.

  34. Sinds de moord op Pim Fortuyn ontdekte de publieke omroep het gewone volk. Het kreeg een uitlaatklep in de vorm van vox populi. Dat werd zelfs een serieus en steeds weer terugkerend element in Het Journaal. Mensen zonder kennis van zaken, onweersproken onzin laten spuien is iets anders dan oprecht op zoek gaan naar dat wat de gewone man beweegt. Pas als je werkelijk probeert te doorgronden wat hun angsten zijn en speurt naar oplossingen, ook al passen die niet in je eigen wereldbeeld, dan pas neem je ze serieus.

  35. Vox Populi als genre om het “gewone volk” te horen getuigt van gebrek aan respect voor de wijsheid, die in de massa te vinden is als je echt diep graaft.

  36. De publieke omroep heeft zich de afgelopen jaren door cijfers laten leiden. Daardoor werd mainstream, of anders gezegd de grootste gemiddelde deler dominant. Dat is een commerciëel principe.

  37. Laat het bereiken van grote aantallen over aan de commerciële omroep.

  38. De publieke omroep moet avant gardistische zijn, niet in de elitaire zin van de betekenis, maar op zoek naar oplossingen, het doorbreken van stramienen in plaats van ze in stand te houden.

  39. Ik verwacht bij de publieke omroep meer originele visies dan de visies die ik nu tegenkom.

  40. De publieke omroep is autoriteitgevoelig, en schurkt aan tegen de elite, die steeds meer argwaan ontmoet.

  41. De publieke omroep zou de aanjager moeten zijn van de ideeën en het zelforganiserende vermogen van de burgersamenleving. Ga meer naast de burgers staan.

  42. De publieke omroep zou zich meer moeten richten op oplossingen, dan op de problemen.

  43. Geef prioriteit aan goede journalistiek. Geef redacties de budgetten die horen bij de ingewikkeldheid van deze tijd.

  44. Stel eisen aan hun kritische vermogen. Investeer in het opleiden van onafhankelijke journalisten, belangrijker nog dan het opleiden van taartenbakkers, modekoninginnen en avonturiers.

  45. Vraag de bestaande omroepen te doen aan zelfonderzoek: draag je voldoende bij aan het maatschappelijke debat en welke exclusieve rol claim je? Is die rol wel van voldoende betekenis om deel te kunnen uitmaken van het bestel?

  46. De NPO zou omroepen met originele visies moeten faciliteren in plaats van belemmeren.

  47. Omarm de social media: daar zit een groeiend deel van je publiek.

  48. Leg de social media niet de dwingende regels van de publieke omroep op, maar volg als publieke omroep de regels van de social media.

  49. Daarmee bedoel ik: leg creatievelingen geen bureaucratische beperkingen op, maar laat ze vrij en wacht af tot welke originaliteit dit leidt.

  50. Het hebben van een “eigen” platform is niet de belangrijkste uitdaging.

  51. De belangrijkste uitdaging is om present te zijn op alle platforms waar opiniering plaatsvindt.

  52. Het hebben van “ maatschappelijke betekenis” is het enige bestaansrecht van de publieke omroep.

A propos: hoe kijkt de publieke omroep met terugwerkende kracht aan tegen het podium dat Willem Holleeder indertijd kreeg in “College Tour”. Was dat ook een poging tot verbinden?

Enfin: ik ben benieuwd hoe je inhoud gaat geven aan deze belangrijke discussie, die ik van harte steun. Ik zie een uitnodiging met belangstelling tegemoet.

Ton Verlind,

Media-adviseur, Oud-KRO-directeur

Comments

Rated 0 out of 5 stars.
No ratings yet

Add a rating
bottom of page