Elk jaar, kort na Prinsjesdag organiseert de Rabobank van Hilversum, Vecht- en Plassen een nabeschouwing. Dit maal is dat op 29 september en ex-minister van financiën, Jan Kees de Jager, is de hoofdspreker. Vorig jaar was het Willem Vermeend. Van 1994 tot 2000 staatssecretaris van financiën en tot 2002 minister van sociale zaken en werkgelegenheid namens de PvdA. Vermeend is nu internetondernemer en geliefd commissaris van een groot aantal bedrijven. Vermeend deed een paar opmerkelijke uitspraken, die hij zich als lid van het kabinet nooit zou kunnen permitteren. De moeite waard om er na een jaar nog eens kennis van te nemen, tevens een goede check wat er van zijn verwachtingen is uitgekomen. We zijn nu dus een jaar later. Ik tekende de volgende uitspraken op.
Dinsdag 1 oktober 2013:
De enige minister die ooit werkte
“Ik ben de enige minister die ooit gewerkt heeft”, zegt Vermeend, verwijzend naar zijn ondernemersverleden. In het bedrijf van zijn vader leerde hij lassen. Zijn moeder stuurde hem naar de universiteit waar hij zijn wiskundeknobbel ontwikkelde. Hij raakte doordrongen van het feit, dat hij zonder lidmaatschap van een politieke partij nooit een (inter)nationale carrière van betekenis kon hebben. Het werd de PvdA.
Wie ooit in het mandje van de Haagse coterie heeft gelegen valt er -mits het kabinet van de juiste kleur is- niet gauw meer uit. Willem reist nu als adviseur van het kabinet Rutte/Asscher over de wereld om uit te zoeken hoe Nederland weer een maakcultuur kan opbouwen. Vermeend geeft hoog op van de 3D-printtechniek en voorspelt dat het de volgende digitale revolutie wordt. Stel je voor: onderdelen hoeven niet meer opgeslagen te worden in depots over de hele wereld. Je maakt ze op elke hoek van de straat.
Financieringstekort zal vanzelf verdampen
Willem is een humoristisch spreker. Het gaat zo snel, dat zijn gedachten zijn woorden vooruit snellen. Iemand ook, die geweldig kan relativeren. Als ik hem deze avond goed begrijp zal het tekort in Nederland vanzelf verdampen door vrijwel niets te doen. Op vrijwel alle terreinen horen we bij de top. We hebben (in 2013) het op 2 na beste pensioenstelsel ter wereld. Volgend jaar (2014) zullen we het beste stelsel hebben voorspelt de oud-minister. In dat pensioenstelsel zit zoveel geld, dat we netto nauwelijks een financieringsprobleem hebben: tegenover onze staatsschuld staat een goedgevulde spaarpot in de vorm van reserveringen voor pensioenbetalingen. Daarop bezuinigen is in tijden van depressie onverstandig, want het tast het vertrouwen van de burgers aan en eigenlijk heeft Nederland economisch gezien maar 1 probleem: wij burgers besteden onvoldoende. We sparen omdat we bang gemaakt worden. De onderhandelingen in Den Haag over een miljard meer of minder bezuinigen noemt Vermeend dan ook een rituele dans. We hebben ons iets te principieel opgesteld tegenover landen die hun financiën niet op orde hadden. Bloeden moesten ze. En ja: dan moeten we nu ook zelf met de billen bloot. Objectief gezien is het niet nodig.
Nieuwe economieën
Al die nieuwe economieën die zo booming zijn? Een bedreiging?
“Nee”, zegt Willem Vermeend, “overal zijn ze op hun retour”. Er is sprake van reshoring. Veel economische activiteiten worden teruggehaald naar de moederlanden omdat ze daar toch in betere handen zijn. “WIJ hebben de kennis”, zegt hij. De democratieën die van onze naties een kruiwagen vol springende kikkers maakt, blijken ook hun innovatieve kracht te hebben. WIJ zijn vrijdenkers, WIJ durven wat, WIJ laten onze gedachten niet aan banden leggen: het is een uitstekende basis voor vernieuwing. De dure verzorgingsstaat een blok aan het been? Willem noemt hem een economische zege. “Ik kom veel in de Verenigde Staten”, zegt hij. “Dank zij de verzorgingsstaat staan in Nederland in vrijwel alle gezinnen met een bijstandsinkomen computers van een betere kwaliteit dan in Amerika in gezinnen met een middeninkomen”. Daardoor hebben we een geweldige infrastructuur en een uitstekende digitale voedingsbodem.
Vrijheid en normloosheid als creatieve motor
“Weet je waarom?”, vraagt Willem, “omdat we in Nederland ontaarde ouders hebben. We kijken niet naar onze kinderen om. We leggen ze geen belemmeringen op. In de Verenigde Staten verkopen we internetfilters. Daar gaat bij bepaalde content het scherm op zwart. Ons hier in Nederland interesseert het niet. Onze kinderen mogen alles en dat is een geweldige innovatieve voedingsbodem”. Vrijheid en normloosheid als bron van innovatie.
Nederlanders: chagrijnige moralisten
Niet in alle opzichten is het hosanna. We hebben in het buitenland de reputatie van chagrijnige, zeurderige moralisten. Toen Vermeend nog deel uitmaakte van het kabinet kwam hij regelmatig in Brussel voor overleg. De ministers hadden besloten zich met hun beste producten aan elkaar te presenteren. De Belgische minister had een frietkot laten aanrukken met Vlaamse frieten. De Spanjaarden presenteerden er hun hammen. De Ieren hun beste Whisky.
“En dan komt nu Holland”, kondigde de voorzitter aan.
“En wat heeft Willem meegebracht?”.
“Willem, dames en heren”, zei de voorzitter, “heeft zijn broer meegebracht”.
“Want dan kan hij meer eten”.
Comentários