top of page
Zoeken

Frederieke Leeflang, (vz NPO): Publieke omroep was te lang in zichzelf gekeerd


Frederieke Leeflang, voorzitter van de Raad van Bestuur van de NPO, is nu ruim over de eerste helft van haar eerste bestuursperiode van vijf jaar. Ze kijkt terug op een veelbewogen start die samenviel met het tumult rond seksueel grensoverschrijdend gedrag bij The Voice, een programma van de commerciële omroep. ‘Kan zoiets ook bij ons’, vroeg ze aan meerdere mensen binnen de publieke omroep. Het antwoord was ‘nee’. Kort daarop brak de hel los rond Matthijs van Nieuwkerk (BNN/VARA). Discussies rond de publieke omroep zijn vaak heftig, met heel persoonlijke aanvallen, zo ondervond ze. Dat heeft het werk in die eerste periode zwaar gemaakt. Het is geen klaagzang, maar ze steekt dat feit evenmin onder stoelen of banken. Ik spreek haar voor Spreekbuis in de week van de seizoens-presentatie van de publieke omroep.

 

Ze is niet van de harde uitspraken en wil voorkomen dat ze bijdraagt aan polarisatie. Ze neemt de tijd, formuleert zorgvuldig, veeleer voorzichtig. Praten over de omroep levert altijd gedoe op, constateerde ze enige tijd geleden in een discussie bij De Balie.  Ze spreekt zacht hetgeen haar gesprekspartner dwingt tot maximale oplettendheid. De bij het gesprek aanwezige manager corporate communicatie maakt zwijgend aantekeningen. Zolang zijn pen op het papier krast is het kennelijke de moeite, zo interpreteer ik wat ik zie. Als de aantekeningen stoppen, beschouw ik dat als een teken dat we in voorspelbaar vaarwater zijn beland. De betekenis van wat ze betoogt zit soms verstopt tussen de zinnen. Haar kamer op het mediapark kijkt uit op de studio van Omroep MAX, een bijzondere speling van het lot, gezien het feit dat MAX-baas Jan Slagter een van haar grote criticasters is.  Hij hekelde haar vanwege de uitdijende bureaucratie bij de NPO. ‘Ze bemoeien zich met van alles’, zegt hij. ‘De NPO geeft honderdduizenden euro’s uit aan externe consultants die vervolgens opschrijven wat we zelf bedenken’.  Op X plaatste hij een bericht waarin hij Frederieke naar aanleiding van de uitdijende kosten van haar staf aanspoorde om haar pinpas maar eens in te leveren. Haar relatie met Jan is desalniettemin goed vindt ze, hoewel ze eraan toevoegt: ‘We moeten voorzichtig zijn met wat we over elkaar zeggen’.

 

De komst van Ongehoord Nederland mag de omroep zichzelf aanrekenen

 

Jan Slagter maakt er in zijn publieke optredens geen geheim van dat de naar centralisatie neigende NPO te veel op het terrein van de omroepen komt, maar Frederieke Leeflang benadrukt vooral haar behoefte om samen op te trekken. ‘Ik heb het opzettelijk over de publieke omroep, je hoort me nooit spreken over de NPO, zegt ze.  Ze gelóóft in de pluriformiteit van het Nederlandse bestel en ziet een belangrijke rol voor de omroepen. Of het huidige bestel het beste systeem is om inhoud te geven aan die pluriformiteit is de vraag. Er is ook plaats voor Ongehoord Nederland, een omroep die zwaar bekritiseerd wordt, maar in haar visie toch een rol van betekenis vervult. ‘Die omroep, en ook omroep Zwart, sprongen in een gat dat andere omroepen lieten vallen’, stelt ze vast. Dat mag de publieke omroep in zijn geheel zich aanrekenen. Dit is geen nieuwe visie op Ongehoord Nederland, benadrukt ze. ‘Ik vond het altijd al’. ON geeft stem aan de ruim dertig procent van het electoraat ter rechterzijde van het politieke midden. De toetreding van deze omroep heeft duidelijk gemaakt dat het bestel daar steken heeft laten vallen. ‘Niet alleen de omroepen, maar ook de NPO als coördinerend en sturend orgaan. Die had deze blinde vlek moeten signaleren en daar de omroepen op moeten attenderen. Er is nog een weg te gaan om ervoor te zorgen dat de publieke omroep in de beleving van het publiek een goede afspiegeling is van de maatschappij’, voegt ze eraan toe.

 

Veel kijkers en luisteraars vinden de publieke omroep helemaal niet zo pluriform valt af te leiden uit discussie op social media. Ze wijst op haar beurt op de seizoens-presentatie afgelopen week op het mediapark die naar haar mening een veelzijdig en buitengewoon pluriform aanbod liet zien.

 

TV: De Telegraaf was niet erg vleiend: te weinig vernieuwing vond de krant.

 ‘Waarom moeten we elkaar toch altijd wegschrijven?’

 

TV: Wat ze schrijven weerspiegelt de mening van een deel van het Nederlandse publiek.

 ‘Andere media waren lovend. Ik ben het er wel mee eens dat we lange tijd in onszelf gekeerd zijn geweest. Langzaam komen we daar uit. We laten ons nu veel meer leiden door wat het publiek wil, wat mensen raakt, het mediagebruik, en  waar het publiek zich bevindt.  Dat is iets van het laatste jaar. Ik ben het ermee eens dat we daarin nog niet uitgesproken genoeg zijn’.

 

De sfeer is geklaard

 

De sfeer tussen NPO en Ongehoord lijkt inmiddels geklaard. De relatie met de omroep is volgens Frederieke Leeflang aanmerkelijk verbeterd, de uitgangspunten waarbinnen de nieuwkomer moet opereren staan onverkort, fier overeind.  Omroepen horen te acteren binnen twee belangrijke uitgangspunten: de bereidheid om samen te werken en de journalistieke code die de omroepen samen hebben vastgesteld. ‘Dat ON  een rol vervult in het bestel, heb ik steeds onderschreven. Ik begrijp ook wel dat mensen mij graag in de schoenen schuiven dat het niet zo is maar dat is niet waar. Daar staat tegenover dat ik óók sta voor de integriteit van het bestel. Je kunt drie keer door rood rijden, maar bij de vierde keer is er iets aan de hand’.

 

TV: De journalistieke code was de code van de omroeporganisaties die al in het bestel zitten. Ongehoord kwam erbij om die grenzen juist ter discussie te stellen. Dat moet toch kunnen?

 ‘De vrijheid van meningsuiting is fundamenteel maar niet onbegrensd. Door de sancties die we hebben opgelegd zijn er óntzettend (nadruk op ont) veel verbeteringen opgetreden en daar heeft Ongehoord enorm zijn best voor gedaan. We hebben gesproken met het interim-bestuur en vastgesteld hoe belangrijk het is dat zij er zijn. Ik vond het een constructief gesprek. Er is inmiddels een nieuwe journalistieke code waar alle omroepen hun handtekening onder hebben gezet, óók Ongehoord Nederland’

 

TV: Houdt Ongehoord zich vanaf nu aan de regels, ook nu Arnold Karskens na muiterij is verdwenen?

  ‘Dat weten we niet, want ze moeten dit seizoen nog beginnen met uitzenden’.

  

Verrast door vertrek van de staatssecretaris

 

Ik wil weten hoe ze de interventie van staatssecretaris Uslu heeft ervaren. Die wees haar voorstel om Ongehoord Nederland uit het bestel te verwijderen af, nadat de omroep een aantal keren de regels had overtreden. Volgens sommige Haagse insiders gooide ze daarmee de voorzitter van de publieke omroep keihard voor de bus.

 

TV: Dat moet een pijnlijke ervaring geweest zijn, veronderstel ik?

  ‘De kans dat de staatssecretaris ons verzoek zou afwijzen achtte ik reëel’.

 

TV: De NPO had zich de afwijzing kunnen besparen door tevoren in Den Haag te checken of het voorstel überhaupt kans maakte? 

  ‘Zo gaat dat niet. Bovendien zou dat risicomijdend gedrag zijn en dat is niet mijn manier’.

De vraag hoe pijnlijk de afwijzing was ontwijkt ze een paar keer. Maar dan na enig aandringen: ‘Ik vond het met name interessant dat de staatssecretaris een dag later uit de politiek vertrok. Dat was niet helemaal passend….’

 

Bezuinigingen

 

Het is een terugkerend verwijt, niet alleen bij omroepbestuurders maar ook bij programmamakers dat de besluitvormingsprocessen bij de NPO zo bureaucratisch zijn. Het duurt lang voordat er beslissingen worden genomen, er zijn veel mensen bij betrokken en vaak is niet duidelijk waarom een programmavoorstel wordt toegekend of afgewezen. ‘Het gebeurt op basis van sentimenten en ressentimenten, maar je weet nooit welke’, vertrouwt een programmamaker me toe.  ‘Het is super bureaucratisch’, geeft ze toe. Bij de besluitvorming over het al dan niet plaatsen van programma’s zijn veel functionarissen betrokken. Maar het komt ook omdat  het aanbod van omroepen en producenten zo groot is en omroepen niet altijd even duidelijk zijn over wat ze zien als hun kernprogrammering. ‘Er wordt veel vergaderd, maar er moeten  ook veel keuzes gemaakt worden’. En: ‘niet alleen bij de NPO maar bij alle veertien omroeporganisaties is het apparaat groot’. Daar ziet ze kansen om te bezuinigen. Er moet niet alleen 100 miljoen worden ingeleverd in opdracht van Den Haag, er moet ook geld worden vrijgemaakt voor investeringen. Bezuinigingsmogelijkheden ziet ze in een grotere samenwerking tussen de marketingafdelingen van de omroepen, door gezamenlijke campagnes, gedeelde technische infrastructuur en gezamenlijke studio’s. Dat laatste is een opmerkelijke tournure want ooit had Hilversum die gezamenlijke studio’s, een eigen facilitair bedrijf en was er een grote mate van samenwerking tussen omroepen. Het facilitaire bedrijf van de eigen NOS werd op aandringen van Den Haag opgedeeld en verzelfstandigd , samenwerkingsverbanden tussen omroepen werden om politieke redenen weer beëindigd en nu is er dus dat pleidooi voor een beweging in omgekeerde richting.

  

Strategie

 

Is Hilversum kennelijk zelf tevreden over de strategie die nu in uitvoering is, over wat die precies behelst is nog veel onduidelijk. En het lijkt in de discussie meer te gaan over technische mogelijkheden, platforms en voorwaarde scheppende omstandigheden dan over inhoudelijke vernieuwing. In de strategie is ook bepaald hoe content beter kan aansluiten bij de behoeftes van het publiek.  Lineaire televisie zal aan belang inbinden, mogelijk met een zender minder. Meer content van de publieke omroep zal naar streaming video gaan en on demand, volgens Frederieke Leeflang een excellente kans voor omroepen om online een eigen herkenbare koers te varen. Er bestaat op het mediapark beduchtheid voor de toenemende invloed van de internationale platforms als Netflix. Die krijgen meer en meer betekenis waardoor de content van de publieke omroep steeds moeilijker te vinden is.

 

TV: Heb je daarvan een voorbeeld?

  ‘De publieke omroep is de grootste leverancier van podcasts met echt publieke waarde. Maar die podcasts zijn totaal niet te vinden binnen Spotify. Ik weet niet hoe het komt maar ze hebben een algoritme om alles onderaan te stoppen. Ons antwoord daarop is NPO Luister’.

 

TV: Wat is de oplossing?

  ‘Die zal worden gezocht in meer publiek-private samenwerking. Het betekent gezamenlijk optrekken met de commerciële televisie en co-creatie met platforms als Netflix. Wat mij betreft wordt een volgende serie zoals ‘Maxima’ misschien een coproductie tussen publieke en commerciële omroep’.

 

TV: Wat gaat het publiek ervan merken?

  ‘Dat er meer programmering wordt gemaakt voor het platform NPO Start. En dat meer publieke programma’s te zien zullen zijn op andere platformen: Youtube, Insta, Tiktok, Netflix. De digitale verschuiving geeft ruimte. Je bent niet meer gebonden aan het lineaire denken. Dat betekent: meer vrijheid voor de programmering, meer ruimte voor de eigen missie en visie van een omroep, binnen de kaders van het huidige bestel, en meer mogelijkheden om ons te richten op jongeren. Maar zónder dat er meer budgettaire ruimte komt.

 

TV: Opteer je voor een tweede termijn?

  ‘Ik ben enorm waarden gedreven. Wat me vanaf dag één heeft geraakt is de bevlogenheid van iedereen die hier binnen de publieke omroep werkt.  Als mensen me vragen, waarom doe je dit, dan is het antwoord: omdat het ergens over gaat. En we boeken vooruitgang! Als je kijkt naar het coalitieakkoord dan zijn we in de politieke discussie de afgelopen maanden gegaan van de publieke omroep als ‘nutteloos ding’ (een uitlating van een woordvoerder van de PVV/TV) naar de vaststelling in het coalitieakkoord dat we met onze informatievoorziening een wezenlijk onderdeel van de rechtsstaat zijn. Journalistiek is de backbone van de publieke omroep. Journalistiek moet beter verankerd worden binnen de NPO op hoog niveau. Daar wordt op korte termijn ook een gesprek over gevoerd met de hoofdredacteuren. Één van de manieren zou kunnen zijn dat het belegd wordt bij de RvT, maar dat is uiteraard aan de RvT zelf. Nu kwalitatief hoogwaardige journalistiek weer zo hoog op de agenda staat denk ik: ja dan weet ik weer waar ik het voor doe’. 

Ze is sterk gemotiveerd een bijdrage te leveren aan de komende hervormingen, voegt ze toe. Die krijgen vermoedelijk hun beslag in 2028 of 2029, in haar tweede termijn.

‘Daarmee is het antwoord gegeven’.

 

TON VERLIND


deze post is eerder verschenen op het platform Spreekbuis.nl

1 Comment

Rated 0 out of 5 stars.
No ratings yet

Add a rating
Guest
Sep 11
Rated 5 out of 5 stars.

Verhelderend

Like
bottom of page