19april 2024
Waarom het goed zou zijn dat de media hun COVID-berichtgeving onafhankelijk zouden evalueren
Dag Maarten,
Dank voor je uitvoerige brief. Ik stel je moeite op prijs, vooral omdat je brief niet de toon heeft die me vaak op X zo tegenvalt als je je tegenstanders in niet mis te verstane bewoordingen afdroogt. Iedereen verdient respect, ook al is niet iedereen te overtuigen. Je voelt je beledigd door Maurice de Hond, zo lees ik uit de open brief die je me stuurde. En Maurice voelt zich tekort gedaan door jou. Twee publieke figuren die rollenbollend over straat gaan en tijdens een crisis niet tot elkaar weten te komen zie ik niet als een verheven beeld. Wie de ruzie begonnen is: daar hou ik me niet mee bezig. Maar als potentieel journalist van het jaar had je in het beperken van de polarisatie het voorbeeld kunnen geven. Ik zag overigens op een dag in de Volkskrant een spotprent verschijnen met De Hond in de hoofdrol, waarin ook sommige van jullie lezers antisemitische elementen ontdekten. De krant bood er zijn excuses voor aan. En als ik me goed herinner kwam de Volkskrant er aan het begin van de COVID-crisis rond voor uit de regering niet voor de voeten te willen lopen. In de eerste weken begrijp ik dat. Maar later gaf dat geen goed gevoel. De regering ontzien, zie ik niet als de corebusiness van de krant.
Dan al die mediaoptredens van Maurice waar je naar verwijst. Het viel me op dat die in hoge mate een defensief of een beschuldigend karakter hadden. Er bestond niet echt interesse in wat de dwarsdenker te zeggen had: het oordeel stond meestal tevoren al vast. Het heeft me als tv-kijker in hoge mate gestoord.
Eerder merkte ik al dat je snel bent in het geven van absolute oordelen. Alleen al aan het feit dat ik mijn lezers eens attendeerde op een Amerikaans interview knoopte je de soepele veronderstelling of misschien moet ik zeggen suggestie dat ik in de COVID-discussie dus wel aan de verkeerde kant van de lijn moest staan. Maar ik héb daarover geen uitgesproken mening, want ik ben op dat terrein niet deskundig. Wat je wel regelmatig tegenkomt in mijn columns is een pleidooi om niet zomaar genoegen te nemen met het filter dat collega journalisten soms en misschien ook wel te vaak, leggen over het nieuws, alsof ze hun lezers willen ontmoedigen een eigen oordeel te vormen. Mijn hoofdboodschap luidt: oriënteer je, doe dat zo breed mogelijk en heb het lef een eigen oordeel te vormen. Het hielp mij in ieder geval de COVID-crisis door te komen.
Klopt dat aerosolen verhaal nou wel of niet?
Dan de zaak op zich: Wat Maurice betreft heb ik me in mijn laatste column slechts op één aspect gericht: klopt dat aerosolen-verhaal van De Hond nou wel of niet? Ik neem aan van wel, want ventilatie werd gaande de rit in het rijtje adviezen opgenomen. Dat had ruiterlijker gekund. Ook van jouw kant. Even een gewetensvraag: als die ventilatieadviezen eerder serieus genomen zouden zijn, denk je niet dat dit dan doden had kunnen voorkomen? Ik weet het natuurlijk niet. Maar omdat er nog zoveel vraagtekens zijn pleit ik al langer voor een onafhankelijke evaluatie van de manier waarop kranten maar ook de NPO in deze crisis hebben geopereerd en wat er achteraf te zeggen is over de kwaliteit van de berichtgeving. Ik zou het waarderen als je dat pleidooi zou ondersteunen. Het moet toch fijn zijn om aan het eind van de rit geprezen te worden (of niet, maar dat zien we dan wel).
Het lijkt alsof je aan mijn blog een hele reeks van veronderstellingen vastknoopt bv dat daarin een impliciete en totale afwijzing van het toenmalige regeringsbeleid is te lezen of dat ik het in alle aspecten met de analyses van Maurice de Hond eens zou zijn of met jou oneens. Je bent soms te snel in het invullen van de gedachten van anderen, heb ik gemerkt. En een enkele keer ook weer niet alert genoeg. Eerder al liet ik je weten dat je te snel voorbijging aan rapporten die het regeringsbeleid in een kritisch daglicht stelden, zoals in januari 2023 het rapport van het Wetenschappelijk Bureau van het CDA. Je antwoord kwam er op neer dat je in die week belangrijkere andere dingen te doen had en ach, zo schreef je, er stond toch weinig nieuws in. Ik vond van wel.
Wie is de echte
Ik ben niet van plan uitvoerig in te gaan op alle technische aspecten die je in je open brief naar mij aanhaalt, niet omdat ze me niet interesseren maar omdat je me niet hoeft te overtuigen van dingen die ik helemaal niet ter discussie stel. Bovendien heb ik veel van je verhalen gelezen en heb ik ook wel geprobeerd het azijn op X door te slikken. Bottomline komt mijn mening hierop neer: als journalist van het jaar heb je een belangrijke verantwoordelijkheid in het bij elkaar brengen van mensen, maar wat ik zie is dat je vaak polariseert, op X meer dan in de Volkskrant. Er is niet één Maarten Keulemans, heb ik gemerkt, er zijn er meerdere. Ik wil graag weten wie de echte is. Ik neem je uitnodiging voor een gesprek aan. Dat is dan wat mij betreft vooral een gesprek onder collega’s, en dan over de vraag welke rol we kunnen vervullen in het slaan van bruggen in plaats van het uit elkaar drijven van groepen. En misschien mag ik je ook bijpraten over de honderden reacties die ik naar aanleiding van mijn recente blog van lezers ontving. Tot spoedig.
Vriendelijke groet,
TON VERLIND
Nb. Dit is een antwoord op de open brief die ik ontving van Maarten Keulemans, wetenschapsjournalist van de Volkskrant naar aanleiding van mijn verslag over de première van de documentaire ‘Dood door schuld?’, een verslag van de strijd die Maurice de Hond voerde voor erkenning van het belang van ventilatie in de Coronatijd. (foto homepage: Maarten Keulemans)
Comentarios